Tegenover mij aan tafel zit een moeder van drie volwassen dochters. Na een diepe zucht zegt ze heel openhartig dat iedereen altijd vraagt hoe het met haar transgender dochter is. Maar, zegt ze, niemand vraagt hoe het met mij is.
Die verzuchting komt in de gesprekken die ik met ouders heb, regelmatig voorbij. Het feit dat de transitie iets doet -of kan doen- met ouders lijkt aan velen nog voorbij te gaan. De moeders die ik begeleid lopen hier vaak tegenaan. En ik denk niet dat ik een heel groot geheim verklap als ik zeg dat ouders ook emoties hebben.
Hoewel iedere moeder haar kind steunt, voelt een deel van hen ook zorgen en emoties. Ik heb altijd gezegd dat het was alsof ik op twee paden liep. De paden lopen parallel aan elkaar en kruisen elkaar niet. Het linker pad is de onvoorwaardelijke steun voor je kind. Daarnaast het rechter pad en dat is het pad van de emoties van de moeder. Het kan dus zo zijn dat je blij bent voor je kind en alles voor je kind doet en toch verdriet voelt. Die twee bijten elkaar niet, maar waar het eerste zo logisch is, lijkt het tweede voor de buitenwereld helemaal niet logisch.
Al jaren spreek ik mij openlijk uit over het verdriet dat ik heb gevoeld om het verlies van mijn dochter met als enige reden andere ouders te laten weten dat ze niet de enige zijn. Ik krijg ook altijd veel reacties van ouders van transgender kinderen. In hun apps, mails en dm’s schrijven ze mij hoe fijn het is te lezen dat ze niet de enige zijn. Het zijn alleen niet positieve berichten die ik hierop krijg. Niet zelden krijg ik reacties die erop neerkomen dat ik mij moet schamen. En o ja, hoe vreselijk het wel niet voor mijn transgender kind moest zijn om mij als moeder te hebben.
Veel mensen hebben geen idee wat erbij komt kijken als blijkt dat je kind transgender is en dat is ook logisch. Maar het zou wel een heel stuk fijner voor iedereen zijn als we stoppen met oordelen en starten met luisteren. En vragen stellen. Zodat de velen van de moeders die ik begeleid zich iets minder eenzaam voelen met hun emoties.