Ik zit in een zoom met een moeder. Ze kijkt mij via de camera recht aan en heeft net verteld over haar kind, nu 21 jaar, die kort voor ons gesprek liet weten zich niet als man, maar als vrouw te identificeren.
“Hoe kan het dat ik dit nooit gezien heb?”. Kijk, die vraag krijg ik heel vaak van ouders die niet zelden vol zelfverwijt zitten dat ze niets gemerkt hebben aan hun kind. Mijn antwoord is altijd hetzelfde. Jouw kind heeft zich uit de naad gewerkt om te voldoen aan de rol die bij geboorte is bepaald. Het is niet anders dan een acteerprestatie van formaat en die prestatie verdient een Oscar. En zo heb ik inmiddels symbolisch al heel veel Oscars uitgereikt.
Door het op deze manier te benaderen help ik in de eerste plaats de ouder in te zien dat ze het niet hebben kunnen zien. Heel soms blijkt terugkijkend dat er een paar hele kleine hints zijn gegeven, maar ja, wie denkt er dan gelijk aan genderdysforie? De ouders die bij mij aankloppen willen allemaal voor hun kind de beste ouder zijn die ze maar kunnen zijn. Zodra ik benoem dat hun kind een Oscar verdient voor de acteerprestatie, zie je een last van ze afvallen. Het helpt om te benoemen dat ze het niet hebben kunnen zien.
Maar wat ik eigenlijk ook doe is een stukje inzicht geven in hoe hun kind het (waarschijnlijk) heeft beleefd. Dit inzicht helpt ze niet alleen om hun zelfverwijt los te laten, maar ook om in te zien dat het geen bevlieging is van hun kind. Hoe eerder ouders dit inzien, hoe eerder ze weer volledig die steunpilaar voor hun kind kunnen zijn.